Potloodtest

Vanmorgen, bij het korte ochtendzappen, hoorde ik de vrolijke klanken van ‘Heer, ontferm u over mij’, waar ik hoopte op een Dame, een Vrouw en ik keek naar Roos en wist …

We bezochten FOAM, waar Lebohang Kganye laat zien wat je nog meer kunt doen met fotografie, naast rechttoe rechtaan beelden. Erg interessant. In een andere zaal toont de al lang overleden Ernest Cole het brute onrecht van Apartheid in Zuid-Afrika. Iedereen kent de foto’s van plekken voor slegs blankes, maar venijn zit in de details. Om te kunnen werken als fotograaf moest Cole zich laten classificeren als gekleurd in plaats van zwart. Daarvoor moest je enkele tests doen, zoals de potloodtest. Dan werd een potlood in het haar gestoken. Viel het eruit, dan was je gekleurd of wit. Bleef het steken (in kroeshaar) dan …

Van neef Carsten kreeg ik een fraaie foto van mijn ouders, poserend op hun huwelijksdag. Geen idee hoe oud ze toen waren, maar het oogt fijn, klassiek, met een zwaan in het water op de achtergrond.

Ik moet me voorbereiden op een gesprek morgen met de korpschef en de ombudsman. Over klachtenbehandeling. Een gesprek dat anderhalf jaar over datum is, over een rapport uit 2021. Het valt of staat met een goede openingszin.

De opdracht voor deze keer: een of twee foto’s met een bevroren beweging en een of twee met bewegingsonscherpte. Dit keer ging het me beter af en pakte ik onbedoeld de vorige opdracht met scherpte-diepte nog mee.

Moest hard lachen on het nieuws dat niet gevaccineerden bij een demonstratie in Oostenrijk een paraplu meenamen, omdat de overheid vanuit helikopters hen met een desinfectiemiddel tegen het coronavirus zouden besproeien.

Las de column van Flora Rusman (NRC) die filosoof Hans Radder aanhaalde die in de Volkskrant betoogde dat ongevaccineerden geen vrijheid is afgepakt. Integendeel, dankzij de gevaccineerden hebben ze juist hun oude vrijheden (gedeeltelijk) terug.

Maakte met Roos gisteren, juist omdat het weer zo druilerig was, een mooie wandeling rondom Marken. Had medelijden met de fanfareleden die wachtten op de komst van Sinterklaas.

De verjaardag van vader (88) moest gevierd, wat traditiegetrouw met de familie gebeurt met een etentje. Dit keer niet bij een all you can eat-Chinees, maar bij La Cubanita (bijna zelfde concept). We zouden om 18.00 uur beginnen, wat door de covid-maatregelen 17.00 uur werd. Ik zat naast zwager Rins die het korps (tenzij ze een goed aanbod doen) over een jaar verlaat. Tegenover mij zat ook neef Kjeld die ik nooit uitgebreid sprak. Een aardige gozer die zijn roeping (personal coach) heeft gevonden. Eigenlijk rooien al mijn neven en nichten het wel, constateerde ik die avond. Het gaat de familie goed, behalve vader, die weinig van het diner meekreeg en erg moe was. Mijn zus Marjon vertelde nog dat hij erg is afgevallen, wat je ook voelt als je hem aanraakt. Skin and bones. En het was al niet veel.

Straks naar de fotocursus. Om de diagfragmaopdracht te bespreken. Bijgaand een van de foto’s die ik maakte. Of ie voldoet aan de opdracht hoor ik nog.

3E049313-CE25-4AE9-AB0D-A8F2ED415457Van alle Fransen leest negentig procent elke maand een boek en dertig procent leest elke twee weken een boek, aldus het achtuurjournaal van TF1. Ik vond het goede cijfers en wilde weten hoe veel boeken Nederlanders lezen, maar het rapport Leestijd van het SCP had die cijfers niet. Wel constateert het SCP dat de leestijd bij ons sterk is afgenomen en dat als men leest, dat vooral online gebeurt. In Parijs voldeed ik aan geen enkele norm, wat ik toeschrijf aan het ontdekken van nieuwe buurten (dit keer bij Montmartre en niet bij Chateau d’Eau), nieuwe musea (Marmottan Monet en Fondation Louis Vuitton) en veel restaurantbezoek, met een voortreffelijk menu dégustation bij Le Chateaubriand voor de verjaardag van Roos.

Wat ons opviel was dat we vaak lang moesten wachten voor toegang, wat vorige jaren echt minder was. We stonden ook in de rij voor het Centre Pompidou en waren bijna aan de beurt toen bleek dat we niet in de rij stonden voor het museum, maar in die voor de bibliotheek. Snel naar de goede rij, maar die was twee straten lang, en vier uur later nog even lang, zodat we de tentoonstelling over Francis Bacon moesten missen.

We aten gisteren in Les Philosophes en kwamen in gesprek met een vriendelijk echtpaar uit Bretagne. Het bleken gepensioneerde kippenhandelaren met een pied à terre in het eerste district van zeventig vierkante meter; twee jaar geleden gekocht. We hadden al stevige prijzen gezien, zoals een zolderkamer van amper 18 vierkante meter voor 230.000 euro. Het echtpaar sprak over 15.000 euro per vierkante meter (wij berekenden later dat hun appartement ruim 900.000 euro moet hebben gekost), maar dat het in New York – waar hun zoon werkt – helemaal uit de hand loopt. Een kamer van 40 vierkante meter kost hem 6000 dollar huur per maand. En al die tijd spraken we Frans, wat ons verrassend goed afging. We meenden alleen eet-Frans te beheersen (dat je weet wat je bestelt en dat je dat uit kunt spreken), maar het gesprek verliep vlot. Mede dankzij de lieve dame die haar best deed om rustig te praten.

Bij de tramhalte bij vertrek landde een duif op mijn bemutste hoofd, wat leuk was voor de toeristen die er ook stonden. De duif wilde maar met moeite van mijn hoofd en ging dus toen op mijn rug zitten. Met dat gefladder leek het alsof een vleermuis in mijn nek wilde kruipen. Vervolgens ging ie nog op mijn koffer zitten. Ergens online las ik dat de duif vrede en harmonie brengt en dat de duif je vraagt om je in verbinding te stellen met je hogere zelf, om in harmonie te leven met het universum. Maar dat had ik al gedaan in Puerto de Santa Maria …

De mens van nu leeft in een vrije, veilige en toegankelijke wereld, stellen de makers van VPRO Tegenlicht. Toch ervaren we de wereld als chaotisch en complex, door de vele prikkels en complexe informatie. We gebruiken er woorden voor als crisis, dreiging, risico, schaarste en schaamte. Ook in onze week Andalusië ontkwamen we niet aan het nieuws over het jaar 2100 waarin West-Nederland onder water staat en zagen we op tv dat er onrust is in (een nog niet onafhankelijk) Catalonië. Meer complexiteit bood onze week in Puerto de la Santa Maria niet. Het waren dagen vol lethargie – van slapen, eten, drinken, een uitstapje, lezen of wandelen naar de supermarkt of een restaurant. Dit stap-voor-stap-leven was nodig, vonden we, want het was het halfjaar ervoor druk genoeg. En we merkten dat vakantie voor ons nooit betekent dat je je hoofd leegmaakt, maar dat we door afwezigheid van gebruikelijke prikkels juist openstaan voor nieuwe indrukken. Op vakantie zien we scherper, smaakt alles beter, zijn we nog liever voor elkaar. Dat belooft wat voor komende week, als we Parijs aandoen. A bientôt.

Hotel Vanilla Sweet schreef ik na een vakantie in Tokyo, Veulen van bloed en honing had geen specifieke aanleiding, maar ontstond door Roos die mij vaak naar Spanje sleurde en flamenco ‘serveerde’ als smaakmaker. En dan met name de muziek van Camaron de la Isla, wiens teksten ik in de bundel verwerkte. Er zijn twee exemplaren verkocht. Daarom bij deze, de pdf. U mag hem (als het lukt) downloaden.

Het was vandaag de Internationale dag van de Fotografie. Ik kwam geen enthousiaste fotograaf tegen. Aatjan Renders is van een ander kaliber. U zou zijn werk eens moeten bekijken.

Nederland is een moeilijk bomenland, lees ik, vanwege de vele contrasten. Dat realiseerde ik me niet. Het veranderde ook mijn relatie met een vriendin: een konijnachtig fantasiedier. “Ik wil dat je naar me kijkt”, zei ze. “Dat je me goed observeert en daarna tegen me zegt wat je ziet.” Op dat moment wist ik niet of ik een blije smiley of een panieksmiley moest inserten.

IMG_1574

‘Vroeger kwam ik er vaak’, zegt de man die ons op een pad wijst langs het bosbeekje. ‘Maar sinds Manke Nelis dood ging, is Amsterdam veranderd.’ Het hoeft van hem niet meer. De man is in Groningen geboren en op de Veluwe grootgebracht. Ook vertelt hij over de papierfabriek verderop die het water uit de beek gebruikt (‘Als het rood is, bevat het ijzer’’) en dat hij als jonge jongen wel eens wat troep in het water had gegooid, waarna de veldwachter op bezoek kwam. Ergens 1953.

Het bezoek aan de Veluwe was een vlucht van de Canal Pride. Niet omdat we anti-lhbti zijn of tegen het festijn, maar vanwege de overlast die het meebrengt; de herrie van tachtig boten en vooral van het studentenhuis tegenover ons, waar ze er van vroeg tot laat een feestje van maken. Dit jaar dus de Veluwe. We hadden een culinair arrangement (zeer smakelijk) en boekten er ter plaatse een wijnarrangement bij. De sommelier was zichtbaar verveeld, want aan elke tafel herhaalde hij alle finesses van elke wijn. Bij de mensen naast ons hoorden we al dat die Riesling uit de Pfalz krijttonen bevat en dat je wat perzik proeft, geel fruit en dat het frisse van de RVS-vaten kwam. En toen kwam ie aan onze tafel… We dronken vijf glazen.

De rust kwam na een week onrust rond de Wet gedeeltelijke gezichtsbedekking, die stelt dat je in overheidsgebouwen geen integraalhelmen en bivakmutsen mag dragen en geen nikab, wat de wet feitelijk tot een boerkaverbod maakt. In de NRC las ik het pamflet ‘Dit verbod is een moderne heksenjacht’, waarvan ik de strekking onderschrijf. Ik wil ook niet dat de overheid bepaalt wat ik mag dragen. Ik had meer moeite met het verwijt aan de witte man, ‘die zich door #MeToo in het nauw gedreven voelt en zijn seksistische en islamofobe fantasieën botviert op onschuldig moslima’s.’ Het idee komt van de ‘witte’ heer Wilders, maar de wet is aangenomen door de Tweede Kamer, waarin 49 vrouwen zitten. Als het om de positie van vrouwen gaat, moet je ook dat aspect belichten.

Daarna gelezen over het gedachtegoed van de filosoof Badiou en zijn oproep tot ontregeling, om niet alles langs de meetlat van de markt(werking) te leggen. In een interview zegt hij:

Omdat de markt nu overal heerst, kunnen we wereldwijd zoeken naar een idee of een gedachte die tegen de markt kan opwegen. […] Je zult iets onmogelijks moeten doen.

Met een culinair arrangement in een Van der Valk-hotel lukt me dat niet, wist ik. Dat is volledig meegaan met de markt. Maar ik heb gelukkig nog mijn poëzie, die zich buiten de markt plaatst. Dat ik nog steeds maar twee bundels verkocht is eigenlijk een verzetsdaad.

Met Roos binnen twintig minuten en zonder gedoe een tv-kastje in elkaar gezet, dat niet van Ikea kwam en daarom moeilijker in elkaar zat. Roos heeft veel meer technisch inzicht dan ik, dus ik volg haar aanwijzingen altijd keurig op.

Bij uitzondering keek ik naar vrouwenvoetbal, maar na een halfuur was het genoeg. Wat de Oranje Leeuwinnen lieten zien, was meelijwekkend slecht. Slappe steekpassen, passes waar niemand op kan lopen, spelers die het erbij laten hangen omdat het even niet lukt… Dit team wordt geen wereldkampioen.

Nieuwe serie aan het kijken: Zone Blanche, wat zich afspeelt in de bergen rond Villefranche. Het deed me denken aan een fotoserie die we vijf jaar geleden in het Maison de la Photographie in Lille zagen, waar ik toen dit over schreef.

Jean-Claude Romand pretendeerde 18 jaar lang dat hij een arts was en een vooraanstaand onderzoeker bij de World Health Organization. Achttien jaar lang liet hij vrienden en familie geloven dat hij naar zijn werk ging, terwijl hij in werkelijkheid (in zijn auto) tochten maakte in de omgeving (Jura). Soms bleef hij uren op een plek om ’s avonds weer terug te keren bij zijn vrouw en twee dochters.

Op een dag kon hij niet langer met het bedrog leven, waarop hij zijn vrouw en dochters doodschoot. Hierna reed hij naar zijn ouders die hij tijdens het avondmaal eveneens doodschoot. En de hond. De dag erna probeerde hij zijn voormalige maîtresse te wurgen. Dat lukte niet, waarna hij haar simpelweg zijn excuses aanbod en naar huis reed. Daar nam hij slaappillen in (ver over datum!) en stak hij het huis in brand. Brandweermannen konden zijn leven redden. Romand kreeg levenslang.

Tijdens een fototentoonstelling in Lille zag ik de foto’s die Romand tijdens zijn ritten nam. Ik wist nog niet wat hier speelde en vond de serie duister, vreemd, maar ook romantisch en mooi geënsceneerd. Later werd ik geconfronteerd met mijn eigen perceptie van wat werkelijk is. Nog meer vroeg ik mij af welke absurd-geniale geest besloot de foto’s te bewaren en ze als kunst te presenteren.

We often say that you have to live with misunderstandings, and often we have been quite comfortable with them.