Kort na de presentatie van Traliewoud zei dichter Joris Miedema met gevoel voor understatement dat het een zeer beknopte bundel is, die Jürgen Smit afleverde. “Alle woorden opgeteld kan het niet meer kan zijn dan één A4.” Met 978 woorden zit hij er niet ver naast: anderhalf A4. (De langste heeft 52 woorden, de kortste 6.) En goed, dan gooi je er de titels nog bij, en dan kom je op 1074 woorden. Dat is nog steeds niet veel. Maar de blurp meldt al: “Traliewoud is uitgebeende taal”, dus beknopt en kort is het minste wat je kunt verwachten.
Andere dichters spraken na afloop van een volwassen debuut, en ook dat klopt, want uitgebeende taal, woorden steeds verder indikken tot een essentie – daarvoor moet je het nodige afleren. Hoe dat proces voor Jürgen verliep weet ik niet. Ik ken hem voornamelijk van zijn asemische poëzie. Daarin gaat het niet zozeer om een boodschap kernachtig overbrengen, maar gaat het om wat er niet staat, over wat afwezig is. Traliewoud volgt precies die lijn, en is in die zin een passend debuut.
Want wat Jürgen ook biedt aan familiaire anekdotes, aan vertelbruggetjes naar de oorlog en soms de liefde … er zit altijd die adder onder, sluimerend besef dat er meer is dan er staat. Soms komt die onderlaag (voor mij!) snel boven, zoals in van goethe & citroenen
we lagen in het gras & en jij
plukte een trein uit de lucht
niemand weet
waarheen precies
daar staat nu een fabriek
tenminste
er komt rook uit
De link naar ‘Bestemming concentratiekamp’ is snel gemaakt. Geen punt hier, want het gedicht roept veel meer op dan de ogenschijnlijk vluchtige herinnering. Smit vertelt hier onderkoeld een bitterzwart verhaal over de oorlog. Die oorlog, of meer nog – de holocaust – keert in veel van zijn gedichten terug. Zoals in traliewoud, tijdgeest, voorjaar 1941, en op een boekenmarkt te p. Het zijn gedichten die somber stemmen, die nog eens hard op die tragedie hameren. Maar dan in Smits eigen stijl: venijnig kort; als poëzie die zich niet makkelijk prijs laat geven. Ook dat kenmerkt voor mij de wasdom van dit debuut. Want zulk moeilijk materiaal verwordt door mindere handen al snel tot cliché. Dan ligt het sentiment op de loer.
Gelukkig kan een sombere geest niet zonder vreugde. Met Jürgen kun je ook lachen. Maar waar dat kan, laat ik aan u. Helaas moet ik nu zelf aan het cliché, door dus te zeggen dat Traliewoud veel te bieden heeft. Incluis de diepgang.
Wel een kleine maar: uitgever en dichter beweerden trots over punten te hebben gestreden, zelfs over de positie van het woordje ‘dan’. Ik denk dat het zelfs nog dunner kan, zoals in op een boekenmarkt te p. Daarin had ik (ik herhaal: ik) de zin ‘voor even waar ik was’ (volgend op ‘& vergat) en de slotzin ‘& rekende af’ ook nog weggelaten. Omdat ze hier wel iets duidelijk maken wat al duidelijk is. Omdat ze precies invullen wat de lezer verwacht. Maar dat is spijkers op et cetera. Wie weet, heeft Jürgen ook hierover een oorlog gevoerd. Hij was daar ten slotte al een bundel lang mee bezig.