Ein Treffen

Zomaar door de “Oostenrijkse” familie uitgenodigd voor een dineetje, in een restaurant in de buurt. Om elkaar na maanden, misschien een halfjaar, weer eens te zien. Het werd gezellig en het eten smaakte. En temidden van al die gezelligheid zat de vriend van Marlene. De vriendelijke vent hield zich goed staande in het kabaal van het sextet Leenders-Deutinger-Van der Schaaf. Hij zei ook iets over dit blog, dat ik over deze avond iets moest schrijven, wat voelde als een cordon sanitaire, dat je niet alles noteert wat is gebeurd. Dus houd ik het bij het aantrekkelijke idee van een één-objectmuseum te Flachau, waarvoor zwager Theo al connecties heeft met het Museum der Moderne in Salzburg. En hij gaf de nieuwste versie van zijn Handbook of Tyranny. Zet je er wel een opdracht in, vroeg ik, waarna de tafel me glazig aanstaarde. Ik las gedachten… Moet ik iets ludieks verzinnen, dat ie moet huppelen, moet blaffen naar de ober? Waarna ik uitlegde wat een opdracht is en toen viel het een beetje tegen. O, dat.

Vorige week belde ik een collega, om hem te condoleren met het overlijden van zijn moeder. Wat hij beschreef, raakte me diep, deed me denken aan het overlijden van mijn vader, waarna de waterlanders kwamen. Ik hing snikkend op, wat ik eigenlijk fijn vond. De dood van vader raakt me nog.

Korte termijn

De start van de werkweek viel mee, met een overzichtelijk aantal ongelezen mails, waarin slechts enkele vragen, zonder spoed. Die kon ik vandaag in alle rust doen. Vanaf morgen is het volle bak, te beginnen in Den Haag.

Het 25-jarig huwelijksdiner van Kathy en Ton afgelopen zaterdag veranderde in een feestje toen er jaren 80-disco werd gedraaid. Er werd gedanst, waarbij een licht aangeschoten of enthousiaste (ik zie het verschil nooit) tante mij de dansvloer op trok. Grappig.

Ik kwam er sowieso met een goed gevoel vandaan. De misselijkheid van de dag ervoor was weg en huwelijksman Ton toonde me zaken die me positief stemden. Energiebedrijven bijvoorbeeld proberen elektriciteitsmasten onder de grond te krijgen (geen horizonvervuiling) en voor de gasvelden die geen gas meer zullen pompen, is hergebruik voor elektriciteit een serieus alternatief. Ook sprak ik met ‘zwager’ Theo over de zeer eigentijdse want narcistische architectuur van het depot van Boymans Van Beuningen (spiegelwand, een maatschappij die eerst zichzelf wil zien, dan de kunst).

Theo heeft het drukker dan ooit, met onder meer een Leitbild (toekomstbeeld) voor Flachau. Als Amsterdammer heb ik daar niets aan, maar nadenken over de stedelijke omgeving over zeg dertig jaar is verstandig. In Europa is al zo veel korte termijn, te veel snel gewin.

Nog maar net terug van vakantie en de eerste weekendtrip is al geboekt, medio december. Voor ons is dat langetermijndenken.

De kibbeling op het strand van Bloemendaal aan Zee gisteren was niet te vreten.

Hoe zwaar is ons land?

Zwager-architect-denker Theo Deutinger maakt geregeld Snapshots of Globalization (SNOGs), wat ik zie als specifieke data gekoppeld aan specifieke wereldkwesties. Je kunt bijvoorbeeld het aantal McDonald’s-restaurants koppelen aan de vraag in hoeverre een land democratisch is. Rusland zou op nul uitkomen: geen democratie want geen Mc-restaurants. Na de coronatijd kwam Theo met de vraag hoe stabiel de toestand in de pandemische ruimte is. Meer concreet: hoe veel plexiglas zal ons de komende jaren scheiden en hoe veel meter zal er tussen mensen en tafels en stoelen overblijven? Hij verzamelt alle beschikbare data en zet dat om in beeld.

Ik zag meerdere SNOGs en vind de combinatie van data met wereldbeeld altijd intrigerend. Zelf dacht ik recent aan de vraag: hoe zwaar is een land? En kun je dat meten? Bijvoorbeeld door bij elke rijksgebouwendienst lijsten op te vragen van alle gebouwen en hoe veel die wegen? En hoe zwaar zou Nederland dan zijn ten opzichte van bijvoorbeeld de Verenigde Staten (relatief)?

Het appartement naast is ons verkocht, voor een ton boven de vraagprijs van 695.000. De woningmarkt mag landelijk stabiliseren, maar in Amsterdam is ie nog steeds overhit.

Plots zat ik een #metoo-discussie. De redactie had de dag ervoor een artikel geplaatst over eremedailles, uitgereikt aan politiemensen. De foto erbij was van een dame die de medaille opspelde bij haar partner. Toch zag een collega dat anders. Hij – en veel vrouwelijke collega’s namens wie hij sprak – zagen een clichébeeld, van een vrouw in adoratie van een man. Ik antwoordde wat ik zag en daar werd fel op gereageerd, of ik de klager voor de gek hield en dat ik de klacht niet serieus nam. Heel die dag verwachtte ik een mail voor een gesprekje met de klachtencoördinator. Het zijn hypergevoelige tijden.

Over Oekraïne kan ik niets zeggen, omdat niet te bevatten is wat daar gebeurt. Vanmorgen hadden we een koffieafspraak met ‘zwager’ Theo Deutinger en dochter Luca die in Amsterdam woont. Theo woont in Oostenrijk. Hij gaf geregeld les aan een universiteit in Moskou en dat is vanzelfsprekend voorbij. Hij voorspelt dat Moldavië in Russische handen valt en ook Kaliningrad dat tussen Navo-landen Litouwen en Polen ligt. De Russen zouden via Wit-Rusland een corridor naar dit geïsoleerde stuk Rusland willen. Als dat gebeurt, blijft een Derde Wereldoorlog niet uit. Over Rusland kan ik niets zeggen, omdat niet te bevatten is wat daar gebeurt.

Het is bijna een maand geleden dat mijn vader stierf. Ik ben blij dat hij van deze waanzin niets heeft meegekregen.

De Duitsers deden niet onnodig ingewikkeld over het woord van het jaar en kozen voor Corona-Pandemie. De Engelsen kozen ook met hun verstand en gaven de voorkeur aan Lockdown. De Fransen zetten daar netjes het woord Confinement tegenover. In Nederland moet het woord nog worden gekozen. Iets simpels als covid kan, maar Van Dale, die de stemming leidt, koos voor (bijdehante) variaties op het virus, zoals coronamoe, covidioot, eenzaamheidsvirus, raambezoek of jojolockdown. Wie er ook wat van kunnen, zijn de Oostenrijkers, hoorde ik gisteren van ‘zwager’ Theo Deutinger. Daar hebben ze gekozen voor Babyelefant, want dat is de afstand die mensen onderling moeten houden. Dat is een vreemde associatie, zeiden we, want hoe veel Oostenrijkers hebben zo’n dier in het echt gezien? Had dan gekozen voor een berggeit, opperde Theo. Dat kan het Midden-Europees bergvolk begrijpen.

antti

Het zijn de eerste barsten in de Oostenrijkse gastvrijheid, constateerde zwager Theo. Bij een diner voor de deelnemers aan het kunstfestival minus20degree gaf iemand geld om af te rekenen, maar gaf de ober geen wisselgeld terug. ‘Omdat je hier altijd fooi moet geven’, zei de ober. En er was een taxichauffeur die de afspraak niet nakwam, van 5 euro per persoon voor brengen en terugbrengen. Hij bracht ons, maar wilde direct weg. Na aandringen bleef hij toch wachten, om aan het eind van de rit een extra bedrag te vragen. De Landesminister Salzburg zat ook in de taxi en sprak er schande van. Oostenrijkers willen deze banen niet, dus moet je wel met Oost-Europeanen in zee, was de teneur. Die bevolken inmiddels ook de pisten.

Het waren de enige smetjes op een fijne week. Op de aankomstdag sneeuwde het flink, wat prima sneeuw opleverde voor de rest van de week – en er was elke dag zon. Het plezier zat ook in het kunstfestival, dat dit jaar voor de vijfde keer werd gehouden. Zwager Theo Deutinger organiseert het (gesteund door zijn vrouw Monique Leenders), met onder anderen architecten Stefanos Filippas en Ana Rita Marques. Dit jaar werden negen kunstwerken gepresenteerd rond het thema Global Village (dat voor drie dragen bestond, gebouwd door studenten uit Münster). Er was onder meer werk van de fin Antti Laitinen, die landschapskunst maakt. Dit keer transformeerde hij een boom. Op zoek naar het perfecte exemplaar (10 kilometer verderop, vandaar de taxirit) zag hij een bevroren meer, waarop hij vroeg waarom niemand gaten in het ijs hakt, zodat je er kunt zwemmen.

Naast mijn eigen poëziebijdrage aan het open podium was er nog het absurde theater van Wolfgang Obermair en Peter Fritzenwallner. Ze hadden gedurende het festival een aantal performances, met op de laatste dag een processie naar de ingang van het dorp waar een kunstberg staat als poort naar Flachau. Je kunt er naar binnen, hadden de kunstenaars uitgevonden, die de stoet (onder wie Roos en ik) de berg inleidden. Daar was poppenspel en zongen de processiegangers in canon Das Ende ist Nah, Das Ende is Nah Hurra, Hurra, Hurra.

Het einde diende zich niet direct aan, maar zo het komt, dan was u gewaarschuwd. We hebben erg hard gezongen.

Ohne Alkohol

Het jaar nog net afgesloten met een blik op een ontwerp waarboven stond: participatie-judo, waarvan ik dacht dat het was verzonnen, maar het staat in het Tijdschrift voor de Politie, in een verhaal over burgerparticipatie bij opsporing.

De essentie is om niet tegen burgerinitiatieven te ‘vechten’, maar deze juist te omarmen en samen de juiste kant op te bewegen en leiden waar nodig.

Ik zou het participatiedans noemen, maar dat is wellicht te frivool voor de zwaardmacht die de politie uiteindelijk is.

Het jaar geopend zonder alcohol. Ik deed het eerder en kan het goed volhouden, hoewel wintersport over twee weken lastig wordt, daar ik nauwelijks wilskracht heb. Ik denk dat ik matig drink en er een maand alcoholvrij aan toevoeg. In Flachau opent over twee weken het festival minus20degree 3 days | 9 artists | 20 architects | 1 global village, georganiseerd door zwager Theo Deutinger. Hij vroeg me gisteren of ik met mijn (flarf)poëzie wil meedoen aan het open podium. Ik heb al jaren niet voorgedragen en overdacht te veel (moet ik eerst flarf uitleggen, de Amerikaanse oorsprong en dan werk vertalen in het Engels of Duits?), maar het thema is global village, zegt hij, dus bijdragen uit alle landen zijn welkom.

Toch maar doen…

Op 1 januari ben ik begonnen een nieuwe bundel; dit naar aanleiding van de tentoonstelling Composicions van Christian Marclay, die collages maakt van cut-outs van graphic novels en reclame. Poëzie is er (meen ik) nog niet van gemaakt, dus daar waag ik me aan. Materiaal vinden is gemakkelijk, het verwerken niet. Of ik ga knippen-plakken wat authentieker is, of ik digitaliseer, zodat ik woorden kan herhalen, op lijn kan zetten, kan vergroten en zodoende beter kan componeren. Veel werk, maar ik heb alle tijd.

Voor al die collega’s die me een culinaire snob vinden: vanavond eten we een salade van scheermessen, ham, eend en linzen, met een cavadressing. Nu jullie weer.

Een wapenspreuk zoals Nederland die (sinds 1815) heeft met Je maintiendrai (Ik zal handhaven) hebben ze in Oostenrijk niet meer, zei zwager Theo, die met zijn twee dochters kwam dineren. In de dagen van de Habsburgers kon het volk zich wel scharen achter zo’n spreuk, althans, achter de klinkercombinatie a.e.i.o.u., die de Habsburgse keizer Frederik (1415-1493) op veel gebouwen liet aanbrengen. De exacte betekenis is niet bekend, maar gisteren kozen we voor de optie Austriae est imperare orbi universo, ofwel het is aan Oostenrijk de wereld te beheersen.

Oostenrijk is het hart van Europa, meer dan Duitsland. En omdat de wens tot Europese eenwording groter is dan ooit, dachten wij aan Oostenrijk om over ons te heersen. Vriendelijk volk, met conservatieve trekken, wat in ons tijdsgewricht juist zo geliefd is. En het land is te klein voor sterallures zoals de Britten die hebben, dus onderworpen we Nederland vrijwillig aan het Oostenrijks gezag en noemden we Nederland voortaan Niedergau. Het Nederlands mag blijven bestaan, als de variant Alt Hochdeutsch, wat in zijn moderne vorm Neu Alt Hochdeutsch zou kunnen zijn. België werd Belgau, Frankrijk Frangau en zo brachten we alle landen onder één Europees bewind.

Het idee ontstond na een gesprek over de Duitse Eenwording. Algemeen wordt aangenomen dat het IJzeren Gordijn op 9 november 1989 werd opgetrokken, maar dat gebeurde eerder, namelijk op 11 september, toen Hongarije de grens met Oostenrijk permanent opende. Dat gebeurde weer naar aanleiding van de zogeheten Pan-Europese Picknick, een vredesdemonstratie die op 19 augustus 1989 werd gehouden op de grens tussen Oostenrijk en Hongarije, nabij de stad Sopron. Die dag werd de grens tussen Oost-Europa en West-Europa voor het eerst in jaren drie uur opengesteld. In die tijd vluchtten meer dan zeshonderd DDR-burgers, als toeristen naar Hongarije overgekomen, naar de vrijheid.

O ja, Oostenrijk verandert ook van naam en wordt Supergau.

“Waarom denk jij dat ik een colaverslaafde ben?”
“Hee, kort lontje. Rustig aan man, het is mooi weer.”
Als je wandelt, hoor je grappige dingen.

Gisteren vrienden voor een dineetje ontvangen, reuzegezellig en de alcoholinname viel reuze mee. Wel laat geworden, wat ik heel de zondag meesleepte. Er kwam een koutje bij, maar bodycombat hielp het eruit te zweten. En een tukkie doen (twee keer).

Eerder deze week kregen we het tweede boek van zwager Theo Deutinger: Ultimate Atlas. Een grafische weergave van planeet Aarde. Met bijvoorbeeld het aantal zeecontainers, het tonnage aan scheepswrakken of de uitgaven aan Defensie, waarbij de Verenigde Staten en China verrassend worden gevolgd door Saoedi-Arabië, en daarna pas volgt Rusland. Boeiend materiaal.

UAWith Ultimate Atlas, Theo Deutinger architect, designer and author of the acclaimed Handbook of Tyranny illustrates the basic data of Earth and its inhabitants to create a total portrait of the planet. How can we keep track of everything that happens on the Earth? How can we share this information with its inhabitants, despite their different languages and cultural backgrounds? Expanding on the visions of Buckminster Fuller and Stewart Brand, Ultimate Atlas answers these questions by radically levelling graphic data. Breaking down planet earth into 12 sections, the book gives a page spread to information pertaining to themes like ethnic groups, religions, nuclear warheads, and number of motor vehicles per country. The white pages of the book are divided by vertical black lines, in decreasing percentages from left to right. In this way Ultimate Atlas charts the planet with an impressive simplicity and clarity. The territorial size of Earth’s countries; the planet’s most commonly spoken languages; the places where the most chickens are raised; all this information is lucidly displayed for ready comprehension. Here is truly “planet earth in a book.”

Malek F stak op 5 mei 2018 op straat in Den Haag drie mensen neer. Hij verklaarde dat ’een vogel’ hem had ingefluisterd dat hij mensen moest doden. Ook gelooft hij dat  satanisten hem achtervolgden en zag hij visioenen van ’vrouwen uit de hemel’. Als het niet zo gruwelijk was, zou het sterk proza zijn. Vrijdag na het werk op het terras een pilsje gedronken met mijn schoonvader en Roos. Daar Barend en Annemarie van Silver Portrait Store weer ontmoet; de mensen die Roos en mij zo mooi portretteerden.

Zaterdag weer eens gefietst, naar mijn vader in Purmerend, die er helaas niet was, maar dat is een goed teken, want meestal is ie dan onderweg met de bus voor een toertochtje dat De Rusthoeve een paar keer per maand organiseert. Dat gebeurt de laatste tijd vaker, dat ik wil langsgaan en hij er niet is. Hopelijk kan hij de komende hitteperiode goed aan.

Vandaag gesport, eigenlijk was het te warm, waarna ‘zwager’ Theo Deutinger belde dat ie in de stad is. Hij was deze week gids voor een twaalftal Oostenrijkse architecten die Nederland bezochten, vooral Rotterdam en die afsloten in Amsterdam. Hij bereidt intussen het kunst- en architectuurfestival minus 20 degrees voor, dat volgend jaar in Flachau zijn lustrumjaar beleeft. Wie weet kan ik ook wat inzenden, want poëzie stond als van de weinige kunsten daar nog niet op het programma.

Plots stond ik stil, midden op een steile, zwarte piste. Ik durfde niet meer te draaien, zelfs al zag ik dat de bocht voor mij niet heel moeilijk was, zeker niet voor een ervaren skiër als ik. Ik was inmiddels te ver gedaald om terug te klauteren en de anderen stonden al beneden. Voor advies was ik op mijzelf aangewezen. En dan doe ik stomme dingen, zoals je in het programma The Science of Stupid ziet. Ik besloot namelijk mijn ski’s uit te doen om op mijn bips naar beneden te glijden. Dat lukte aanvankelijk, maar plots niet meer, en ik schoof angstig snel (veel massa natuurlijk) naar het dal. Ik dacht bij elke buckel af te kunnen remmen met mijn benen, maar ging er dwars doorheen. Wonder boven wonder bleef ik ongedeerd. Gelukkig nam een vriendelijke skiër mijn ski’s mee naar beneden. De bravoure van het begin van de week was ik helemaal kwijt. Gisteren, de laatste dag, ging alles weer als vanouds, dus een trauma houd ik er niet van over. Maar skiën was op dat moment niet leuk. Is me nooit overkomen.

Mijn ‘zwager’ Theo Deutinger liet me deze week de opvolger zien van zijn Handbook of Tyranny, namelijk The Ultimate Atlas, waarin hij statistieken over deze planeet en zijn bewoners heel kaal weergeeft; steeds een wit vlak dat kleiner wordt naarmate het kengetal erboven kleiner wordt. Bijvoorbeeld het aantal bomen per werelddeel, het aantal olifanten, of met een knipoog het aantal Gagaoeziërs in de wereld.

In Oostenrijk wordt trouwens bizar veel gerookt, al jaren. In 2008 stond het land zelfs in The Guinness Book of Records met het grootste aandeel rokers ter wereld. Dus rookvrij een hapje eten zat er deze week niet in. Smerige gewoonte.

 

Wohlfühlen

Ik vond het een verbluffend simpel, maar uiterst creatief idee. Je gaat naar een club en neemt alles op wat een (Duitssprekende) DJ tijdens het optreden roept en zegt en filtert muziek en publiek weg. Geluidskunstcollectief Faxen uit Linz noemde het Après Après. De organisatie van de vierde minus20degree Winter Biënnale in Flachau zocht er een passende locatie bij: onder een afgesloten snelweg, waar tussen het beton een repeterende, hypnotiserende voorstelling ontstond.

De organisatie van dit kunstfestival had dit jaar nog gekozen voor een thema, Wellness, maar de lustrumeditie laat de kunst vrij, werd duidelijk tijdens een symposium. Een thema haalt je als kunstenaar uit koers, vond een van de organisatoren. Dan ontwikkel je jarenlang een taal en moet je opeens kunstgrepen toepassen om te voldoen aan een ander idioom. De deelnemers van min20D18 waren minder stellig en vonden een thema wel handig. Later sprak ik de drie heren nog, onder wie ‘zwager’ Theo Deutinger. Ik drukte ze op het hart voor de 2020-versie van min20degree ook aan poëzie en woordkunst te denken. Lastig, want het festival focust op kunst en ruimte (als architectonisch idee).

Verder heb ik vandaag een ISBN aangevraagd voor Hotel Vanilla Sweet. Nu antwoord van een Vlaamse uitgeverij al maanden uitblijft, heb ik besloten de bundel zelf uit te geven. Ontwerpster Saskia van Rossum waagt zich aan een cover. Dit gedicht sprak haar bijzonder aan.

Het geeft me een universeel gevoel
als een Japans meisje een foto van me maakt.
Mijn opbollende biceps springen dan
als een ei tevoorschijn, zacht en plotseling
alsof je even uitblaast.

Het zijn steevast momenten dat ik onhandig
begin te verschijnen, zoals christenen neigen
naar een bergtraditie met klauteren.

Overleef je een transplantatie
in een vreemd land dan neig je
naar kleinigheden zoals je hand observeren.

Ik weet dan ook bijna niets over Japanners
alleen dat ze dode muizen in een sok stoppen
en in een vrieskist leggen en dat ze het woord
wederopbouw vaak gebruiken.